Buorren 9 – Een kijkje achter de voordeur van Willemieke Dijkstra

Er wordt wel gezegd dat katten zeven (of negen) levens hebben en dat ze tijdens hun volwassen leven erg gezond zijn en alles aankunnen. Het maakt niet uit met welke uitdagende klus ze te maken krijgt, de kat weet er wel raad mee. Vandaag heb ik een vrouw ontmoet die in haar leven minstens evenzoveel levens leeft als een kat. Haar naam? Willemieke Dijkstra.

‘Mijn ouders kwamen allebei uit een groot gezin, vertelt Willemieke, mijn moeder was de middelste thuis, elk jaar kwam er wel een baby bij. Volgens mijn moeder waren er meer kinderen dan dat er geld was. Mijn pake vond dat alle kinderen moesten leren om te melken, een knoop aan te zetten en mee te helpen in de huishouding. Daarin maakte hij geen onderscheid tussen jongens en meisjes.’

Willemieke’s vader was boer. Ze herinnert zich dat hij zich indertijd al zorgen maakte over het verdwijnen van de bloemen en insecten door de manier waarop boeren hun land bewerkten. Hij vond toen al dat boeren “het land verknalden door steeds meer snelgroeiend gras (productiegras) te verbouwen”. ‘Als mijn vader in deze tijd geleefd had, zou hij waarschijnlijk biologisch zijn gaan boeren. Naast de boerderij had mijn vader paarden waar hij mee fokte. Hij was gek op Fryske hynders, net als mijn moeder. Helaas is hij op zijn 57e plotseling gestorven aan een hartaanval.

Mijn moeder was geen doorsnee vrouw. Ze heeft op latere leeftijd een akte gehaald om lerares naaldvakken te worden, ze kon heel goed naaien. Ze is gestopt met werken toen ze kinderen kreeg. Eerst kreeg ze een tweeling, die werd helaas te vroeg geboren en heeft maar kort geleefd. Daarna zijn mijn broer Peter Jan en ik geboren. Mijn moeder had suikerziekte, maar dat weerhield haar er niet van om raadslid en wethouder te worden van de gemeente Hemelumer Oldeferd en later van Nijefurd. Ze zat in het bestuur van de Janke Tromp en in Dorpsbelang en ze heeft bij de Afûk Friese lesgegeven aan niet-Friezen. Nadat mijn vader was overleden, verzorgde mijn moeder de Fryske hynders. Ze is altijd op de boerderij op Skarl blijven wonen en ze wilde niet dat ik om haar thuis bleef wonen. Ze vond dat ouders er voor de kinderen zijn en niet andersom. Ik heb op mijn 23e het kleine huisje gekocht dat op deze plek stond. Toen Norman erbij kwam, hebben we dit huis gebouwd met een hok waar Norman kan knutselen aan trekkers. Op haar 63e bleek mijn moeder uitbehandelde kanker te hebben. Alle broers uit haar grote familie zorgden ervoor dat er elke dag iemand van de familie bij haar was. Door die zorg en de gezelligheid leefde ze op en heeft ze uiteindelijk nog twee jaar geleefd.’

Willemieke heeft op basisschool De Totem gezeten in Warns. Na de havo heeft ze vwo gedaan op het RSG in Sneek. Ze wilde graag dierenarts worden, maar daar had ze niet het goede vakkenpakket voor. Ze was niet zo goed in de exacte vakken. ‘Na het vwo had ik geen zin om een lange studie te volgen, ik wilde werken. Ik heb in Leeuwarden een eenjarige cursus gedaan om secretaresse te worden en daarna vond ik een baan bij een verzekeringskantoor in Woudsend, van oorsprong een familiebedrijf, opgericht door de familie Tromp. Ik heb er 20 jaar gewerkt en had het er heel erg naar mijn zin. Ik zat bij de afdeling medische verzekeringen. Ik onderhield contact met adviseurs en klanten, ik deed alles van a tot z. Toen we werden overgenomen door Fortis, werd de locatie Woudsend gesloten.

We verhuisden naar Amersfoort en het werk veranderde. We moesten ‘de bulk’ verwerken en daar vond ik niet veel aan. Ik heb ervoor gekozen om niet mee te gaan naar Amersfoort, ook omdat onze kinderen nog te jong waren. Die gingen weliswaar overdag naar de crèche en de basisschool en daarna naar de opvang, maar als er iets met één van de kinderen gebeurde, dan moest ik snel thuis kunnen zijn. Vanuit Amersfoort lukte dat niet. Norman werkt als vrachtwagenchauffeur. Hij kon overdag ook niet snel naar huis komen en hij was bovendien vaak ’s nachts niet thuis. Ik heb besloten om werk dichterbij te zoeken. Ik zat in het bestuur van Dorpsbelang, maar daar ging ik net uit. Ik ben toen gevraagd om beheerder te worden van De Spylder. Dat ben ik gaan doen, ook om iets om handen te hebben wanneer ik even geen werk had.

Na mijn vertrek bij Fortis heb ik via het Sociaal Plan een re-integratietraject gevolgd. Ondertussen solliciteerde ik, maar het was geen makkelijke tijd om een baan te vinden, er waren veel werkzoekenden. Via tijdelijk werk ben ik terechtgekomen bij een project voor het verhogen van de pensioenleeftijd van Achmea in Leeuwarden. Daar heb ik ongeveer een jaar gewerkt, toen moest ik weer op zoek naar iets nieuws. We hadden inmiddels vier kinderen en het was een hele toestand om telkens weer van alles te regelen voor de kinderen als ik een tijdelijke baan had, daarom hebben we opvang aan huis geregeld.

Omdat ik weleens ander werk wilde doen dan verzekeringen, heb ik een financiële cursus gevolgd. Ik kon tijdelijk voor 16 uur per week bij Bekkema op kantoor komen om wat werkervaring op te doen. Daarnaast kon ik via een uitzendbureau voor acht uur in Joure bij de gemeente De Fryske Marren aan de slag als medewerker bedrijfsvoering op de afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling. Ik had het er meteen naar mijn zin, er was een goede sfeer en ik voelde mij er welkom. Een beetje zoals bij Woudsend Verzekeringen. Ik zat weer op een grote afdeling, het was er druk en dat vind ik gezellig. Het was wel weer tijdelijk. Omdat het werk bij Bekkema ophield, kon ik wat meer uren krijgen bij de gemeente. Uiteindelijk heb ik een vaste baan gekregen voor 18 uur. Ik vind het wel een beetje veel administratief werk, daarom zoek ik ander werk. Door de organisatieontwikkeling bij De Fryske Marren heb ik een coaching traject gevolgd.’

In de tijd dat Willemieke geen vaste baan had, is ze beheerder geworden van De Spylder omdat ze graag iets om handen wilde hebben wanneer ze even geen werk had. Maar zelfs nu ze een vaste baan heeft, vindt ze daarnaast tijd om beheerder van De Spylder te blijven. ‘Ik vind het zo leuk, zegt ze, ik ontmoet er zulke leuke mensen. Daar krijg ik veel energie van! Kortgeleden is de medebeheerder verhuisd naar het zuiden van het land. Ik doe het nu in mijn eentje. Dat lukt wel, maar ik zou het fijn vinden als iemand het samen met mij zou willen doen. Wat leuk is aan het werk, is dat je deel uitmaakt van een gezellige en betrokken groep vrijwilligers. Dat is geweldig!

Naast de voorstellingen, concerten en films heeft De Spylder een aantal vaste huurders zoals Skoar, yoga, toneel, Net Seure mar Sjonge, de Spylders (fluitisten) en fluitles. Eén van de voornaamste taken van de medebeheerder is gericht op het regelen van de schoonmaak, het na een activiteit kijken of de ruimte schoon is achtergelaten en de vieze handdoeken mee naar huis nemen om te wassen. Vóór de yoga moet de vloer schoongemaakt worden, dat is ook een taak van de medebeheerder.
De meeste concerten, voorstellingen en films staan op het programma in de wintermaanden. Van juni tot september gebeurt er weinig, dan heeft de beheerder het niet zo druk.

Het is mijn taak, gaat Willemieke verder, om o.a. het rooster voor de schoonmakers, de vrijwilligers die de bloemen verzorgen en de barvrijwilligers te maken. We hebben al jaren een trouwe ploeg schoonmakers, die werken in tweetallen. Zij maken elke week de zaal, de bar en de ontvangstruimte schoon. Deze ploeg zou wel kunnen worden uitgebreid met een paar nieuwe mensen. Dit geldt ook voor de ploeg die de bloemen verzorgt.’ Ook de barvrijwilligers worden door de beheerder aangestuurd. Er is een vaste ploeg barvrijwilligers en een aantal oproepkrachten. Voor nieuwkomers in Warns en omgeving blijkt het een goede manier te zijn om mensen te ontmoeten. ‘En dan hebben we nog de klusmannen. Die kan ik te pas en te onpas oproepen. Het werken met zo’n fijne groep vrijwilligers en bestuur is de kurk waar mijn beheerderschap op drijft. Het betrokken zijn bij De Spylder heeft mijn leven verrijkt. Ik ben zelf niet opgevoed met luisteren naar klassieke muziek, maar doordat ik als barvrijwilliger soms aanwezig ben bij een concert ben ik het steeds meer gaan waarderen. Het klinkt zo prachtig in De Spylder! Door de Coronamaatregelen heeft bijna alles een tijd stilgelegen. Het is zo fijn dat we het nieuwe seizoen straks kunnen openen met het 20-jarig jubileum. Het zal De Spylder beslist een boost geven!

Norman werkt voor een transportbedrijf en heeft een auto met een autolaadkraan en een slaapcabine. Toen de kinderen klein waren vond ik het weleens lastig dat hij ’s avonds niet altijd thuis was, maar achteraf is het me erg meegevallen. Gelukkig ben ik heel zelfstandig opgevoed. Mijn ouders moesten vroeger thuis altijd meehelpen, mijn broer en ik mochten meehelpen, het hoefde niet. Mijn ouders vonden dat een kind kind mocht zijn. Ze gaven mijn broer en mij een heleboel ruimte en vertrouwen en daardoor kan ik dingen heel goed aan een ander overlaten. Ik laat onze kinderen zoveel mogelijk zelf doen.
Norman en ik zijn heel trots op onze kinderen. Ze doen het goed op school. De oudste twee, Sietse Jan en Wessel hebben dyslectie, zij hebben zich door hun schooltijd heen ‘geworsteld’. Gelukkig hebben ze allebei hun plek gevonden. De oudste is technisch, hij heeft een baan in Creil waar hij de hele dag aan tractoren mag sleutelen, iets wat hij het liefste doet. Hij heeft vorig jaar examen gedaan en hij gaat nu verder voor niveau 3. Dat vind ik wel knap, want hij zei altijd: “als ik niveau 2 haal, dan stop ik”. Hij had zulke mooie examencijfers, een zeven voor mondeling en negens en een 10 voor praktijk. Eindelijk heeft hij succes en dat motiveert hem om door te gaan voor niveau 3! Wessel, de tweede doet mbo-werktuigbouwkunde. Die zit helemaal op zijn plek, hij haalt achten en negens en hij gaat met plezier naar school. Hester zit in Sneek op het RSG en Fardau zit in groep 8 van de basisschool hier in het dorp. Zij gaat in september naar de middelbare school. Ik zit in de MR en dat is nu voor het laatst. De kinderen doen het allemaal goed op school en daarnaast en ze zijn allemaal gezond.

Ik ben niet zo’n huishoudelijk type, ik besteed mijn energie aan andere dingen. Ik doe liever iets in De Spylder of op mijn werk. Toen ik laatst las in de WP dat Geert de Vries bezig is met het maken van een digitale kansenkaart over o.a. fiets- en wandelpaden langs het IJsselmeer, werd ik daar heel enthousiast van, dat is precies wat voor mij! Ik heb me meteen aangemeld. Ik vind het belangrijk om een bijdrage te leveren aan mijn leefomgeving, om Sudwest Fryslân nog mooier te maken. Ik mag elke week graag een paar keer draven met mijn buurvrouw Jelleke en daarnaast kuier ik elke dag. Het zou mooi zijn als er wat nieuwe wandelgebieden bijkomen, want het rondje Warns ken ik zo onderhand wel.’

Mensen zoals Willemieke, haar moeder en al die andere trouwe vrijwilligers zijn het ‘cement van Warns’. Zij houden de boel bij elkaar en hebben oog voor wat er nodig is. Alle reden om deze mensen te koesteren!

Wilma Deurloo