Toen Thea me bij een buurtfeestje vertelde dat ze naast leerkracht aan een basisschool ook een praktijk had als kindercoach, werd ik nieuwsgierig. Het leek me een bijzondere combinatie, tijd dus voor een gesprek…
“Ik kom uit een gezin van zes kinderen, 1 jongen en 5 meiden. Ik ben de vijfde”, vertelt Thea. “Ik ben geboren in Harlingen en ik heb gewoond op Terschelling, in Skuzum en in Langweer. Vanaf klas 4 heb ik in Sneek gewoond. Na de middelbare school heb ik daar de PABO gedaan. Ik ben getrouwd met Paul, een ras-Sneker. We hebben een zoon en een dochter, Kevin van 19 en Tamara van 16.
In 1991 kon ik een baan krijgen aan de Skoalfinne in Warns. In die tijd was je als leerkracht nog verplicht om te verhuizen naar de plaats waar de school stond. Gelukkig wilde Paul wel mee verhuizen naar Warns. We hebben de eerste jaren op Boppelâns gewoond tot we de kans kregen om een kavel te kopen op de Ats Bonninghawei, waar we dit huis hebben laten bouwen. Het is een prettig buurtje waar de mensen elkaar allemaal kennen; als er wat is kun je op elkaar terugvallen. De laatste tijd zijn er wat nieuwe mensen komen wonen en die vinden ook weer gemakkelijk aansluiting.
Omdat ik het wel fijn vond om mijn werk en privéleven een beetje te scheiden en ik het bovendien niet prettig vond dat mijn kinderen bij mij in de klas zouden komen, ben ik na 8 jaar Skoalfinne gaan werken aan de Neutrale Bijzondere Basisschool in Hemelum. Ik werk er nog steeds en voel me daar op mijn plek. Hemelum is een ‘jong’ dorp, we hebben 80-90 kinderen op school en er is nog steeds nieuwe aanwas. Samen met mijn duo-partner ben ik leerkracht van groep 3 en 4 met 23 kinderen. De school is betrokken bij wat er in het dorp gebeurt. Zo is er een herdenkingsplek in het dorp voor de 4-mei viering. Deze plek is geadopteerd door de kinderen van de school, zij verzorgen die plek. Voor de 4-mei viering 2016 hebben de kinderen allemaal een grote steen opgeschilderd en er een positieve tekst op gezet, een tekst waar je blij van wordt. Deze stenen worden op 4 mei om de herdenkingsplek heen gelegd en later verspreid over het dorp. Op die manier dragen wij letterlijk ons steentje bij met een positieve bijdrage.
Als leerkracht van groep 3 en 4 houd ik me met name bezig met het aanleren van lezen, rekenen en schrijven, maar ik heb altijd het gevoel gehad dat er ‘meer’ moest zijn. Een kind moet natuurlijk een basis aan kennis meekrijgen, maar ik miste iets. Ik wilde kinderen beter begrijpen, ik wilde ‘dieper’ kijken. Daarom heb ik in 2012/13 een opleiding tot kindercoach gedaan. Ik ben door de opleiding anders gaan kijken naar kinderen. Ik ben ervan overtuigd dat een kind zelf heel goed weet wat het wil en wat het aankan en ook waar het moeite mee heeft. Ik zie dat een kind zichzelf soms blokkeert met de gedachte dat het iets niet kan. Dit noem ik een‘rode’ gedachte. Ik vind het fijn om samen met het kind tijden seen gesprek te zoeken naar een manier waarop het een ‘rode’ gedachte kan ombuigen naar een ‘groene’. Een ‘groene’ gedachte is een gedachte die een oplossing in zich draagt. Het gesprek dat ik met een kind heb, noem ik een kind-gesprek. Zo’n gesprek duurt natuurlijk wel wat langer dan 10 minuten. Gelukkig ziet de schoolleider het nut van de kind-gesprekken in, hij neemt mijn klas soms een tijdje over, zodat ik kind-gesprekken kan voeren.
Ik heb kind-gesprekken met elk kind afzonderlijk, waarbij ik gebruik maak van kwaliteitskaartjes, kaartjes waarop positieve woorden staan. Ik laat het kind zelf de kaartjes neerleggen die bij hem/haar passen en het valt me iedere keer weer op dat het gewoon klopt wat een kind dan neerlegt. In het kind-gesprek ga ik uit van die kwaliteiten voor het zoeken naar een oplossing voording en waar het kind moeite mee heeft. Ik vraag het kind om in een cijfer op een schaal van 1 tot 10 aan te geven hoeveel moeite het met iets heef ten dan bespreken we samen wat er nodig is om naar een hoger cijfer toe te werken en over hoeveel dagen of weken het kind dat bereikt wil hebben. We bespreken ook wie het kind daarbij zouden kunnen helpen, bijvoorbeeld de leerkracht, broertjes of zusjes, ouders of vriendjes en vriendinnetjes. Dikwijls zie ik al direct
opluchting bij het kind als we een gesprek hebben gehad en als er een plan is gemaakt over wie hem of haar zou kunnen helpen bij het maken van een volgende stap. Wanneer het kind weet dat er verbetering mogelijk is, dan zie ik dat terug in het gedrag en in het plezierop school.
Ik kwam er tijdens de kindercoach opleiding achter dat ik ook een eigen ‘rode’ gedachte had die mij soms blokkeerde. De gedachte ‘ dat ik niet goed genoeg ben’. Elke keer wanneer die gedachte bovenkwam, trok ik me terug. Toen ik eenmaal wist hoe het werkte, ging ik het bij mezelf herkennen als de ‘rode’ gedachte bovenkwam en daardoor had ik de keuze om die om te buigen naar een ‘groene’ gedachte. Ik kon er dan voor kiezen om mezelf niet terug te trekken. Het heeft me meer zelfvertrouwen gegeven, het heeft me zekerder gemaakt. In een presentatie voor ouders heb ik verteld over de kind-gesprekken en het belang ervan. Het is mijn persoonlijke mening dat studenten van de PABO niet alleen lessen zouden moeten krijgen over de didactische kant, maar ook over de gevoelens van kinderen, want als een kind niet lekker in zijn vel zit, dan lukt het leren natuurlijk niet. Naast mijn kindercoach opleiding heb ik de opleiding ‘Ik leer leren’ gevolgd. Daarin heb ik geleerd wat een kind nodig heeft om te kunnen leren. Zaken als motivatie, intrinsieke motivatie, kunnen focussen, hoe je een planning maakt, het belang van een eigen plek en rust;het zijn allemaal voorwaarden om te kunnen leren. In een training van vijf bijeenkomsten help ik kinderen inzicht te krijgen en zich bewust te worden van de voorwaarden die al aanwezig zijn en welke nog niet.
In het dagelijks leven ben ik redelijk sportief, ik loop elke week met het groepje van Donald door het bos en ik tennis in Stavoren. Ik vind het belangrijk om aan mijn conditie te (blijven) werken, zeker nu ik net 50 ben geworden! Als gezin hebben wij met de kinderen veel gezeild. We hebben jaren een eigen boot gehad en nu huren we af en toe een boot. In de me ivakantie gaan we met de kinderen en de vriend van onze dochter zeilen op de Adriatische zee in Kroatië. Daar zijn we eerder geweest, het is er heel rustig. Naast mijn werk ben ik verder actief in het bestuur van de Buurtvereniging, ik zit in een meditatiegroepje bij Karin, ik heb schilderlessen gehad bij Marga, ik teken graag en ik speel toneel bij ToanielselskipWarns.
Kevin is een echte knutselaar, hij is technisch en vindt het leuk om dingen uit te vinden. Kijk. ”Thea wijst op 2 bierkratjes die in de kamer staan, waarin een geluidsinstallatie is ingebouwd. “ Die heeft hij gemaakt. Maar als je hem een bromfiets geeft, dan haalt hij die uit elkaar en zet hem weer in elkaar. Hij is altijd met zijn handen bezig. Hij doet een MBOleer/werk-opleiding in Sneek. De leerlingen hebben met elkaar een zonneboot gebouwd, een boot die op zonnecellen loopt. Kevin heeft het frees-en draaiwerk gedaan en zo heeft iedere leerling een stukje van die boot gebouwd. Ze doen mee aan wedstrijden, zelfs aan de Nederlandse Kampioenschappen. Op dit moment loopt hij stage bij JD Engineers, een bedrijf achter Joure en dat vindt hij geweldig. Hij gaat zeker verder in de techniek.
Tamara doet een opleiding tot verpleegkundige bij Defensie in Leeuwarden, de VEVA (VEiligheid en VAkmanschap). Het eerste jaar moest ze op bivak, in militair tenue. Dat ze als kind al sportief was, kwam haar daarbij goed van pas. Ze heeft de oefeningen glansrijk doorstaan. Ze is pas 16 en een klein meisje, maar een power dat ze heeft! Op dit moment loopt ze 10 weken stage bij een dagopvang voor jongeren in Ermelo. In de weekends is ze thuis, door de week woont ze op de kazerne. Misschien gaat ze na deze opleiding nog een Hbo-opleiding doen.
Met mijn moeder en mijn zussen ga ik elk jaar een paar dagen naar Terschelling, we zijn er net weer geweest. Mijn moeder is 83 jaar en gelukkig gezond, ze kan nog veel. Omdat we al zolang op Terschelling komen, hoeven we niet meer overal heen te vliegen. We kunnen rustig de tijd nemen voor elkaar en daardoor hebben we een hechte band. Daarnaast geniet ik op Terschelling van de natuur en vind ik het heerlijk om in mijn eentje langs het groene strand te rennen of om zomaar naar mensen te kijken.”
Ik heb door mijn gesprek met Thea een heel nieuwe kant gezien van een basisschoolleerkracht. Het was mijn idee dat een basisschoolleerkracht, met name in groep 3 en 4, een kind leerde lezen, schrijven en rekenen en dat dat veel tijd kostte. Het leek me eerlijk gezegd nogal een vermoeiende bezigheid. Thea heeft me laten inzien dat een leerkracht van –met name –jonge kinderen de mogelijkheid heeft om bij te sturen, zodat een kind kan groeien en bloeien. Wat zou ik vroeger graag zo’n leerkracht hebben gehad…..
Wilma Deurloo