Piet en Bep gaan vertrekken uit Warns en dat vond de redactie van de Warnser Poarte (WP) een goede aanleiding om eens een kijkje achter hun voordeur te nemen. De afspraak was snel gemaakt en op een woensdagochtend in augustus sta ik om 10 uur voor de deur. “We zijn net terug uit Balk, zegt Bep, we hebben de boodschappen al gedaan. Ik ben door mijn puzzelboekjes heen en als die vol zijn, dan móet ik nieuwe hebben.” Het kenmerkt Piet en Bep, altijd in actie, altijd bezig. Zo hebben ze zich jarenlang voor het dorp ingezet, ze hebben veel betekend voor Warns.
In 1992 kwamen zij vanuit Utrecht naar Warns, toen zij hier een recreatiewoning hadden gekocht op Op ‘e Wal, een ‘krotwoning’, volgens Piet, die zij verbouwden tot ‘een plaatje’. Zij brachten veel weekends en vakanties door in Warns en tussendoor werkten ze in Utrecht, eerst in hun supermarkt en later in hun Ontbijtservice. “Vanaf het begin hebben wij ons welkom gevoeld in Warns. Dat kwam grotendeels door onze overbuurvrouw Hinke Agricola, die ons dan bijvoorbeeld vroeg om een tientje als we in het weekend hier waren, omdat ze ons lid had gemaakt van de buurtvereniging. Zij heeft ons in het dorp geïntroduceerd. Daarnaast waren we bezig ons huis te verbouwen en daarover overlegden we wel met Tjitte. Het klikte vanaf het begin tussen ons.”
Na zes jaar verhuisden Piet en Bep naar Kampenspaed 12 met daarbij nummer 14. Op nummer 14 zullen zij wonen tot hun vertrek in november 2020. Omdat Bep in Warns in die begintijd rondrijdt in haar autootje met bovenop een bord waarop staat ‘Ontbijt op bed’, beginnen ze al snel ook in Warns en omstreken opdrachten te krijgen en zo verplaatsen ze hun activiteiten beetje bij beetje naar Warns.
“Ik ben van beroep patroon brood- en banketbakker, zegt Piet, ik ben mijn werkend leven in een bakkerij begonnen. In 1963 kreeg ik verkering met Bep. Haar vader had een paar supermarkten in Utrecht, van hem hebben wij een buurtsupermarkt overgenomen en later zijn we een Ontbijtservice begonnen. Dat was iets nieuws in die tijd, wij waren mondiaal de eersten. We bezorgden op bestelling ontbijtjes aan huis. In 1998 zijn we permanent in Warns gaan wonen. Vanaf dat moment deden we voor de lol nog een beetje catering, maar niet meer als bedrijf. Zo hebben we bijvoorbeeld voor een reünie van de school de catering gedaan en voor de trouwerij van Henk en Petra Bekkema. En voor de opening van een nieuwe hal bij de kippenboerderij van Swart. Dit gebeurt dan nog allemaal vanuit Utrecht waar het werk van onze Ontbijtservice gewoon doorgaat. Na onze verhuizing naar Warns hebben we drie keer restaurant De Pyramide overgenomen, hand- en spandiensten verricht bij de Potvis en het restaurant van de Jachthaven van Hindeloopen en we hebben Jan Koenders geholpen om vanuit zijn café-restaurant in Warns hapjes te verzorgen. Het klinkt misschien wat arrogant, maar alles wat wij in ons leven aanpakten, werd een succes. Wij zijn een goed team en we hebben gemerkt dat als je dingen doet die je leuk vindt, dat mensen daar positief op reageren.
In 1998 hebben we ons bedrijf in Utrecht verkocht, maar het pand hebben we aangehouden. Het bedrijf was binnen vier jaar failliet en helaas brak er vlak daarna brand uit in het pand. Mijn voorstel aan de gemeente om het pand te verbouwen tot woonruimte voor studenten en werkende jongeren werd enthousiast ontvangen. Binnen zes weken hadden we toestemming. Om te helpen bij het slopen en de verbouwing reed ik elke dag van Warns naar Utrecht, samen met iemand van Agricola.
Toen in 1999 de gereformeerden en hervormden samengingen in de Protestante Kerk Nederland (PKN) werd de gereformeerde kerk in Warns te koop gezet. Bep en ik hadden contact met Hoite Pruiksma en Pauli Yap en in onze gesprekken kwam naar voren dat het toch wel mooi zou zijn als we het kerkje voor het dorp zouden kunnen behouden, als we er een cultuurhuis van konden maken. Een groepje van 8-10 mensen is toen samengekomen in de boerderij van Willem Prins en Hinke. Dat ik gereformeerd ben opgevoed, bleek een voordeel, daardoor kon ik het kerkje kopen. Ik had wel als voorwaarde gesteld dat er voor 1 jaar hypotheekrente op tafel zou liggen, voor een geschat bedrag van ongeveer 12.000 gulden. Binnen een uur lag dat bedrag op tafel. We hebben vervolgens een stichting opgericht en subsidies aangevraagd. Hoite Pruiksma werd voorzitter van de stichting, Jolanda Verhoef secretaris en ik penningmeester. “Jaja, lacht Bep, Piet was penningmeester en ik deed het werk… Ze hebben het altijd over Piet, maar vlak Bep niet uit!” Om van het kerkje een Doarpskultuerhûs te maken is door vele vrijwilligers hard gewerkt, het is echt een project van het dorp geweest. En… De Spylder is er gekomen en bestaat nu al 20 jaar! Piet heeft een aantal jaren het beheer gedaan en hij was de penningmeester. Bep zat vanaf het begin in de Kulturele Kommisje (KK). Het voordeel was dat zij veel koren en instrumentalisten kenden die graag in De Spylder wilden komen optreden. Door hun vertrek naar Sneek komt er voor Piet en Bep een einde aan het actieve werk. Piet wil nog wel aanblijven als adviseur van de KK, ook omdat hij de contacten heeft. Gelukkig zijn er onlangs twee nieuwe mensen uit het dorp toegetreden tot de KK.
“Als jonge jongen had ik samen met een vriend een bandje. Wij imiteerden de Everly Brothers, een mooie manier om bij de meisjes in de smaak te vallen. In 1998 ben ik gaan zingen bij het koor Net Seure mar Sjonge, dat toen net was opgericht. De repetities waren bij Jan Koenders in het café, het café op ’t Noard dat nu café Op Warns heet. Bij het instuderen van een redelijk klassiek stuk voor een uitvoering in een kerkje in Sanfirden wordt Hoite Pruiksma gevraagd om de repetities op harmonium te begeleiden. Pauli Yap komt mee en na afloop vraagt zij of ik wil komen zingen bij het Oratoriumkoor in Bolsward waarvan zij de dirigent is. Ik vond het een hele eer, want ik heb niet de beste stem en ik kon geen noot lezen. Gelukkig ben ik wel toonvast. Ik heb hard moeten studeren omdat ik noten moest leren lezen. Ik heb later bij het Warnser Bach Ensemble en het Kryst Kollektief gezongen, projectkoren die ik, samen met Pauli runde. En als we een uitvoering hadden in De Spylder, verzorgde Bep de warme maaltijd voor de hele club.
Sinds een paar jaar zing ik in Drachten bij het Byzantijns mannenkoor Friesland. Dit zal vermoedelijk wel voorbij zijn. Afgelopen januari heb ik twee tia’s gehad met de nodige gevolgen. Ik kan nog wel zingen, maar heen en weer reizen naar Drachten en daar twee uur repeteren, dat red ik niet meer. Dan is de accu volledig leeg. Ik ben momenteel onder behandeling bij een neuroloog, omdat er verschijnselen zijn die doen vermoeden dat er meer aan de hand is geweest dan de tia’s. Door deze verschijnselen kan ik geen auto meer rijden en niet meer varen met onze boot. In heel korte tijd is mijn leven dus een stuk beperkter geworden. Dit is ook de reden dat we uit Warns weggaan. Het is niet handig om in een dorp te wonen waar je voor de boodschappen altijd de auto nodig hebt. Wij kunnen natuurlijk incidenteel wel een beroep doen op de mensen hier, maar structureel willen wij dat niet. Vanuit onze nieuwe woning in het centrum van Sneek hebben we alle voorzieningen bij de hand. Daarbij komt dat onze zoon Jelger in Sneek woont. Jelger heeft op zijn 21e een bedrijfsongeluk gehad, waaraan hij een zware hersenbeschadiging heeft overgehouden. Toen hij destijds uit het ziekenhuis werd ontslagen, moest hij alles opnieuw leren en voortdurend aangestuurd worden. Jelger is de laatste tijd veel bij ons geweest, ook omdat vanwege de corona maatregelen zijn gebruikelijke dagactiviteiten waren stopgezet. Jelger heeft in Sneek zijn eigen leven en gezien zijn beperkingen kunnen en mogen we niet verwachten dat hij naar Warns komt om bij ons hand- en spandiensten te verlenen.”
Op mijn vraag of ze het moeilijk vinden om Warns te verlaten, zeggen ze beiden dat dat voor hen niet moeilijk is. “Wij zijn daarin heel nuchter, wij kijken nooit achterom, maar vooruit. We hebben altijd gezegd dat als het niet meer gaat, dat we dan gaan verkassen. Dat is de reden dat ik à la minute naar andere woonruimte ben gaan zoeken toen Piet in het ziekenhuis lag en ik al snel hét appartement vond. Het is bijna hetzelfde als dit huis, alleen veel kleiner. Omdat het appartement nog gebouwd moet worden en de nieuwe eigenaren van ons huis er vanaf november in willen, gaan we een half jaar wonen in een vakantiewoning in Hindeloopen.”
Piet en Bep willen uiteraard afscheid nemen van het dorp en ik neem aan dat het dorp afscheid wil nemen van Piet en Bep. Hun uitnodiging voor een afscheidsborrel in De Spylder staat in deze Warnser Poarte. “We hebben hier intensief geleefd, maar het houdt een keer op. Piet wordt eind van het jaar 79 en ik 77. We hebben altijd hard gewerkt, nu moeten we het wat rustiger aan gaan doen.” Ik moet het nog zien, ik vermoed dat ze in Sneek binnen de kortste keren weer betrokken zullen zijn bij iets waar ze een bijdrage aan kunnen leveren, zulke mensen zijn het nou eenmaal, altijd bezig en een ongelooflijk sterk team!”
Namens de redactie van de Warnser Poarte wens ik Bep en Piet veel woonplezier toe, eerst in Hindeloopen en vanaf volgend jaar in Sneek. Eén ding is zeker: Warns gaat jullie missen!
Wilma Deurloo